Automatisch duurzaam

Automatisch duurzaam, goed of niet goed?
Bij de verbouwing van het Comenius is goed nagedacht over duurzaamheid. Materialen zijn met zorg gekozen en de inrichting is bewust licht gehouden. Voor een aangenaam binnenklimaat wordt gebruik gemaakt van Warmte-Koude-Opslag (WKO), waardoor in de winter minder energie nodig is om het gebouw te verwarmen en het in de zomer lekker koel blijft zonder energie-slurpende airco’s.

Er is van alles bedacht om energie en water te besparen mét behoud van comfort. In alle ruimtes zitten sensoren die het licht uit doen als er niemand meer is. De geluidsinstallatie in alle lokalen wordt aan het eind van de dag automatisch centraal uitgeschakeld, zodat deze niet de hele nacht voor niets aan staat (voor de computers en beamers is hetzelfde systeem voorbereid, maar nog niet in gebruik). Alle kranen zijn uitgerust met een autostop, zodat ze nooit nodeloos blijven lopen. En de handdoekautomaten geven maar één velletje per keer, zodat leerlingen niet in één keer zo’n ding kunnen leegtrekken.

Over die WKO wil ik het niet hebben: ik ben ervan overtuigd dat we daar veel plezier van gaan hebben. Minder energie en toch comfort: prima!

Maar al die andere dingetjes? Een sensor die het licht uitdoet als er niemand is vind ik persoonlijk heel slim. Ik heb ze thuis ook, want ik vind het wel makkelijk: nergens over nadenken en tóch geen energie verspillen. De kranen bij de wasbakken in de toiletten zijn ook gemaakt voor het gemak: je geeft er een klap op, je wast je handen, neemt een slok en kunt gewoon weglopen: hij gaat vanzelf wel uit. Hetzelfde geldt voor de boxen, computers en beamers in alle lokalen. Die worden aan het eind van de dag automatisch uitgezet: héérlijk toch? Je hoeft nergens meer aan te denken!


Prima? Nou… eigenlijk is dat de vraag.
Elke keer als ik mijn handen was loopt die kraan nog een tijdje door. Zelfs als ik het zou willen kan ik hem niet dichtdoen. Er wordt elke keer een halve liter water verspild en daar kan ik niets tegen doen. Elke dag wassen 1400 leerlingen en docenten een keer hun handen en verspillen op die manier 700 liter water. In de 200 schooldagen per jaar is dat 140.000 liter, een zwembad vol.

Van huis ben ik gewend om apparatuur uit te doen als ik klaar ben en wegga. Nu hoeft dat niet meer, want ik heb geleerd dat alles aan het eind van de dag tóch automatisch uitgaat. Aan het eind van de dag pas? Dat betekent dat box, computer en beamer (samen 150 Watt) per dag gemiddeld een uur of drie voor niets aanstaan. Voor veertig lokalen is dat 18 kWh/dag ofwel  3600 kWh per jaar: het jaargebruik van een modaal gezin. Gewoon verspild…

Verspilling of besparing?
We kennen allemaal de leerlingen. Die draaien nooit een kraan dicht, rukken het liefst in één keer alle handdoeken uit het apparaat en moeten op internet opzoeken wat de functie is van een ‘uit’knop. Zelf zijn we geen haar beter: wie van ons denkt er na het 5e of 6e uur aan om de boel netjes uit te zetten?
Ik heb hier een duidelijke mening over: ik ben blij met de automaatjes. Ik denk dat zij ervoor zorgen dat er netto véél minder wordt verspild. Al moet de apparatuur natuurlijk wel goed worden afgesteld: een halve liter water per keer is echt teveel.


Maar ik ben wel nieuwsgierig. Wat vinden jullie: automaatjes of zelf doen?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten